Bovenbouw
Mijn kind in de bovenbouw
In de bovenbouw zijn kinderen meer gericht op elkaar. Wij verwachten van hen een hoge mate van zelfstandigheid en steeds meer eigen verantwoordelijkheid voor hun eigen leerproces. Het is belangrijk dat kinderen zelf keuzes kunnen maken en de gevolgen ervan gaan overzien. Uiteindelijk komen deze vaardigheden hen goed van pas in het voortgezet onderwijs.
Wat gebeurt er in de klas?
Vanaf groep zes werken de kinderen grotendeels schriftelijk. De leerkrachten hanteren een dag-, week- of maandplanning, variërend per kind. Als de planning is verstreken, bespreken zij met het kind wat het af heeft gekregen. De volgende planning wordt, in overleg met het kind, hierop afgestemd.
toon meer ▼
Groepslessen geven de leerkrachten meestal aan kleine groepen leerlingen van vergelijkbaar niveau. Dit geldt voor rekenen, taal, spelling en voor begrijpend lezen. We werken met de Montessori Reken- en Taalkasten. Via werkvormen uit ‘coöperatief leren’ stimuleren zij de kinderen om bepaalde opdrachten samen te doen en zo gelegenheid krijgen om van elkaar te leren.
In de bovenbouw bieden we de vakken aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs en techniek in samenhang aan. Deze werkwijze komt voort uit de montessorididactiek en heet Kosmisch Onderwijs (KOO). De lessen gaan uit van drie tot vier thema’s per jaar en worden aan de hele klas aangeboden.
In een blok van drie weken hebben de kinderen anderhalf uur les in beeldende vorming van de vakleerkracht. Dan drie weken geen les en daarna weer drie weken wel. De bovenbouwklassen krijgen twee keer per week gymles van de vakleerkracht en om de week muziekles, verzorgd door de Muziekschool Amsterdam.
klap in ▲